Van scholen die niet opkomen dagen bij een theatervoorstelling over eerste liefdes tot een gastdocent die vervelende opmerkingen krijgt tijdens de les Beeldende Vorming. Een greep uit de situaties die voorbijkwamen tijdens het publieke gesprek over hoe cultuuronderwijs taboes in het onderwijs bespreekbaar maakt in Maaspodium. Openheid, verbinding en veiligheid creëren, blijken belangrijke voorwaarden om dit gesprek op een fijne manier in de klas te voeren.
Foto's: Hilde Speet
De taboes waar het hier (niet) overgaat, hebben veelal te maken met religie, gender, seksualiteit en politieke opvattingen. Hoe cultuuronderwijs kan helpen om deze taboeonderwerpen zichtbaar en herkenbaar te maken in de klas, bespreken Anika Abbing, hoofd educatie bij Danstheater AYA in Amsterdam, Tiffany Jantji van Stichting Who Am I? en Jetske Steenstra, oprichter van SKSPRAAT en docent bij OBS de Kameleon in Rotterdam. Hizir Cengiz, journalist met een missie, is de moderator.
Scholen haken af
In de knusse zaal van Maaspodium wordt allereerst stilgestaan bij waarom taboes op school vaak omgeven zijn door ongemak en terughoudendheid. “Bij AYA merken we dat scholen vaak wel willen komen naar onze theatervoorstellingen, maar dat ouders er bezwaar tegen hebben,” zegt Anika. “Zeker sinds de perikelen rond ‘lentekriebels’ zien we dat terug. Bij onze nieuwe voorstelling LOEV bijvoorbeeld, die gaat over liefde in alle vormen, haken scholen af omdat het teveel over lentekriebels zou gaan. Maar dat woord wordt nergens genoemd.”
Tiffany denkt dat het ook ligt aan dat leerkrachten het soms lastig vinden om de controle los te laten. “Als je zelf lesgeeft, bepaal je zelf waar het over gaat. Ga je met je klas naar een voorstelling of museum dan heb je niet in de hand welke informatie jouw leerlingen krijgen. In klassen zitten tegenwoordig dertig leerlingen en die hebben ook allemaal ouders met bepaalde overtuigingen die zij meegeven aan hun kind. Je moet als leerkracht dus maar hopen dat de voorstelling bij iedereen goed valt.”
Lastig balanceren
Voorafgaand aan het publieke gesprek geeft bezoeker Mireille van der Velde, ondersteuner bij Nationaal Programma Rotterdam Zuid, aan zich zorgen te maken over deze ontwikkelingen. “We moeten niet naar een situatie toe waarin we belangrijke thema’s niet meer bespreken in het onderwijs omdat het onrust kan veroorzaken. Je wilt kinderen het beste meegeven, maar wil ze ook hun eigen mening laten hebben, dat is soms heel lastig balanceren als je zelf heel ver van die mening afstaat.”
Geef leerling ruimte
Dit ongemak van Mireille wordt breder gedeeld en komt uitvoerig terug in de zaal. Tiffany legt uit dat aan een goed gesprek kunnen voeren in de klas een aantal basisvoorwaarden zitten. “Er is een bepaalde openheid nodig. Als je als leerkracht open en eerlijk vertelt, voelen leerlingen dat ze ook open en vrijuit kunnen praten. Daarnaast is het belangrijk om je eigen normen en waarden goed te kennen en je te realiseren dat die kunnen verschillen met die van anderen. Durf ook leerlingen ruimte te geven om met elkaar in gesprek te gaan. Dan verwoorden ze het maar onhandig, dat is op dat moment minder belangrijk.”
Ontmoeting
Dat scholen, ouders en culturele instellingen elkaar ontmoeten, is volgens het panel essentieel. “Betrek scholen en ouders eerder in het maakproces,” zegt Anika. “Zo weten ze beter wat ze kunnen verwachten van de voorstelling en kunnen de performers ervaren voor welke doelgroep ze spelen. Alle partijen krijgen zo meer oog voor elkaar en dat verbindt.” Ook het hebben van voorkennis voor zowel scholen als makers is een belangrijke volgens Jetske. “Die voorkennis heb je nodig om een veilige sfeer te creëren. Weet de maker met wat voor leerlingen die te maken heeft dan kan die zich daarop voorbereiden. Hetzelfde geldt voor een leerkracht die goed op de hoogte moet zijn van wat er aan bod komt in een voorstelling of expositie.”
Verworvenheden
In het panelgesprek komt vaker terug dat er een bepaalde openheid nodig is in de klas en naar ouders toe om taboes zichtbaar te maken. Moderator Hizir: “Is het niet juist ook belangrijk om stil te blijven staan bij onze verworvenheden? Dat er over bepaalde thema’s geen discussie mogelijk is?” Tiffany: “Dat zou fijn zijn als dat zou kunnen, maar dat werkt niet. Er zijn zoveel verschillende opvattingen en culturen en het helpt niet als je als schooldirecteur, docent of cultuurmaker gaat zeggen; dit is het, punt. Er moet ruimte blijven om met elkaar te werken aan een visie. Kijk naar Rotterdam, daar wonen al meer dan 170 nationaliteiten.”
Verbinding vinden in overeenkomsten
De opmerking die Lukas Osinga van COC Nederland maakt tijdens de borrel achteraf sluit hier mooi op aan. “Het is belangrijk om elkaar te vinden in de overeenkomsten die je hebt en vanuit daar te werken aan een schoolbrede visie. Dat die visie uiteindelijk wordt onderschreven door het hele schoolteam is heel belangrijk want alleen dan voelen docenten die dat nodig hebben, zich gesteund.”
Met cultuuronderwijs werken aan burgerschap
De belangrijke rol van cultuuronderwijs in het geheel weet Jetske mooi te verwoorden: “Herkenning is ontzettend belangrijk bij het kunnen zijn van jezelf en vinden wie je bent. Door diversiteit in het onderwijs terug te laten komen, hebben kinderen door ‘ik ben niet gek’.” Cultuuronderwijs biedt hiervoor oneindige mogelijkheden vindt ook Janine Schott, educator bij Maas. “Cultuuronderwijs geeft leerkrachten context om taboes bespreekbaar te maken omdat ze kunnen terugvallen op situaties in een voorstelling of tentoonstelling. Je hoeft het niet persoonlijk te maken en dat maakt het soms net even makkelijker.”
Laura van Dolron
Theatermaker en action-writer Laura van Dolron schrijft tijdens het gesprek live een reflectie die ze ook voordraagt. Haar uitsmijter beschrijft prachtig waar het eigenlijk om draait. “Dan blijven die volwassenen toch lekker op hun telefoons kijken, wat ze toch de hele tijd doen, dan gaan de kinderen maar alleen naar het theater. En degene die het onveilige bespreekt, maakt niet de onveiligheid. En als ze dat gaan verwarren, raken ze zo ongelooflijk veel kwijt. En kinderen snappen dat. Ze snappen zoveel meer. Ze kunnen zoveel aan. Dus laat ze ons dingen leren, in plaats van andersom.”
Het volgende publieke gesprek over dit onderwerp is op woensdag 13 november ook in Maaspodium. Dan staan het VO en MBO centraal. Klik hier voor meer informatie